ADVENT, verwachting

Hoor, een stem roept:
‘Baan voor de HEER een weg door de woestijn,
effen in de wildernis een pad voor onze God

Jesaja 40: 3

Het is een mooie tijd, tenminste zo beleef ik het meestal, de maand december waarin we onderweg zijn naar kerst. Velen van ons vieren Sinterklaas, alhoewel  gezien de intocht aanzienlijk anders  dan eerder, met alle protesten die er bij plaatsvinden; we vieren nog een verjaardag; en we gaan op naar familiedagen, die de kerst bij uitstek zijn. Het is wel een beetje veel soms, maar wat mij betreft goede dagen.
Het is voor anderen wellicht heel anders. De Protestantse Kerk Nederland, onze kerkelijke beweging, vond dat uitgeprocedeerde asielzoekers niet op straat konden worden gezet. Je hebt de verplichting mensen tenminste een minimaal bestaan te gunnen: Bed, bad en brood voor iedereen. Zij vond dat de overheid hierin tekort schoot en ze kreeg van de rechter gelijk. We weten nog niet hoe het verder gaat, maar het deed mij wel goed dat onze kerk voor deze mensen opkwam. En ik vind ook dat we iedereen in onze samenleving op de een of andere manier een minimaal bestaan moeten kunnen bieden. En er zijn mensen die in de kou, in de nattigheid en eenzaam op straat leven, sommigen omdat ze dat kiezen (waar ik me weinig bij kan voorstellen) en velen omdat ze geen keuze meer hebben.

Tijdens het weekeinde op Terschelling las ik het boek dat bisschop Tutu schreef samen met zijn dochter. Het heeft als titel ‘het boek van vergeving’. En het gaat vooral over vergeving, maar als uitgangspunt zegt Tutu ook nog iets anders. Ieder mens is van nature goed, zo zegt hij en we worden niet geboren met haat, met de behoefte om anderen pijn te doen, maar het gebeurt, dat leren we in de loop van de tijd. Het mooie is dat  ook al kunnen we  het soms niet ongedaan maken, omdat  de pijn is geleden, de schade is aangericht, we wel kunnen proberen met de littekens een nieuw begin te maken. En het is belangrijk om ons te realiseren dat wij allemaal kwetsbare mensen zijn en daar hoort bij dat we allemaal gekwetst kunnen worden. Ik denk dat iedereen wel een voorbeeld uit zijn leven kan vertellen waarbij hij of zij de pijn voelde van de opmerking of de fysieke bedreiging of zelfs de klap van een ander. Het bijzondere is dat we ook allemaal mensen zijn die anderen pijn doen, gewild of ongewild; we zijn allemaal mensen die ook zelf kwetsen.

Advent is de tijd van verwachting en Jesaja spreekt over een weg door de woestijn, door de wildernis, die is als een pad voor onze God. Ik geloof dat het vieren van kerst ons met de neus op de feiten drukt van ons kwetsbare bestaan naar alle kanten toe. Wij voelen de pijn die ons wordt aangedaan, we hebben ook anderen pijn gedaan. En die weg van God is een weg die door lastig gebied gaat, want je moet je zelf laten zien en je kwetsbaarheid tonen, maar dan is er veel mogelijk. We zijn bestemd voor het licht en voor het goede, dat geloof ik en daarom vind ik kerst ook zo mooi. Het is de overtuiging dat het kind dat wordt geboren kwetsbaar als het is sterker zal blijken dan alles wat kapot maakt. Dat is een geschenk, dat geeft ook verantwoordelijkheid en dat kan. Wij kunnen die wegbereiders zijn, in navolging van Christus. En wij kunnen laten zien dat actief verwachten wel zeker verschil maakt.  Want het gaat om de weg van liefde, naar elkaar toe, het is belangrijk de liefde die we ontvangen in te zetten voor een bredere perspectief, voor het goede leven, voor een ieder.
Bed, bad en brood voor iedereen. Een goede voorbereiding gewenst, als weg door de woestijn.